[:nl]
De eerste koning en koningin van Nederland 2009 is voor Blue een beetje het jaar van Koning Lodewijk Napoleon:
Steeds weer komt de historische figuur van koning Lodewijk Napoleon langs. Vandaar dat zij deze pagina over deze bijzondere koning heeft gemaakt. Hier vind je informatie over de koning en zijn koningin Hortense maar onderaan de pagina staan ook links naar een verslag over de viering van 200 jaar stadrechten Assen en een verzameling links over de show in Ootmarsum. De shows werden mede georganiseerd door stichting oud-oranje. Wil je meer weten, kijk dan eens op hun eigen site. |
Lodewijk Napoleon Bonaparte (Ajaccio, 2 september 1778 – Livorno, 25 juli 1846), bijgenaamd de Lamme Koning en Lodewijk de Goede, was de jongere broer van keizer Napoleon I en de vader van de latere Franse keizer Napoleon III. In 1806 werd hij op last van zijn broer Napoleon vorst van het Koninkrijk Holland. Hij ging echter een eigen koers varen en kwam zelfs op voor de belangen van het koninkrijk Holland. Dat leidde tot een conflict met zijn broer; in 1810 trad hij alweer af, waarna het koninkrijk werd geannexeerd door Frankrijk. Lodewijk was een zoon van Carlo Maria Bonaparte en Maria Laetitia Ramolino. |
Carlo Maria Buonaparte (Ajaccio, 29 maart 1746 – Montpellier, 24 februari 1785) was een Corsicaans advocaat. Hij studeerde rechten aan de universiteit van Pisa en huwde op 22 juni 1764 Maria Laetitia Ramolino. In 1768 en 1769 streed hij tegen Frankrijk voor de onafhankelijkheid van Corsica. Later ging Carlo juist werken voor de Fransen en werd assessor van Ajaccio en tot de adelstand verheven. Twee jaar later kreeg hij de functie van koninklijk raad. Hij zorgde er voor dat zijn zoons Jozef en Napoleon een kosteloze plaats aan de militaire school van Brienne kregen. Hij stond bekend als een optimistische en opportunistisch man, een fervent gokker die zakelijk ook de nodige risico’s nam. Ook was hij een verkwister die door middel van gerechtelijke procedures zijn eigendommen wist te vergroten. Hij was een intrigant met ambities. De laatste jaren van zijn leven leed hij aan kanker en reisde om een geneesmiddel te zoeken naar Parijs en Montpellier. Daar stierf hij op 24 februari 1785 en liet zijn familie zo goed als bankroet achter. Keizer Napoleon zou hem later beschrijven als een goed mens die zich graag belangrijker voordeed dan hij was en een zwak voor vrouwen had. |
Maria Laetitia Ramolino (Ajaccio, 24 augustus 1750 – Rome, 2 februari 1836), genoemd Madame Mère. Ze was de “stammoeder” van de familie Bonaparte. Van haar 13 kinderen overleefden er 8. Alhoewel ze de moeder en grootmoeder van Keizers, koningen en prinsen, had ze zelf geen adellijke of keizerlijke titel. Haar halfbroer was Joseph Fesch die zijn neef de keizer steunde en later kardinaal werd. Toen haar liefde voor Frankrijk bekend werd, moest ze samen met Fesch, Corsica verlaten. Haar mening was voor haar zoon Keizer Napoleon erg belangrijk. Toch hadden ze steeds vaker ruzie. Een twist tussen Napoleon en broer Lucien weerhield haar er zelfs van de kroning van haar zoon tot keizer bij te wonen. De laatste jaren van haar leven was ze blind. Ze stierf in 1836 in Rome op 86-jarige leeftijd. De kinderen:
|
Na de dood van zijn vader in 1785 werd Lodewijk Louis opgevoed door zijn oudere broer Napoleon, de latere keizer van Frankrijk. Hij kwam in 1791 naar het vasteland van Frankrijk, waar hij Frans leerde; zijn moedertaal was namelijk Italiaans. Hij studeerde aan de Franse militaire school te Châlons-sur-Marne. In 1796 kreeg broer Napoleon als 26-jarige het bevel over het Franse leger aan het Italiaanse front. Er was gebrek aan voedsel, kleding, vechtlust en motivatie. Napoleon deed zijn mannen grote beloften om het moreel op te krikken: zo zei hij tegen zijn soldaten dat hij ze naar de rijkste plekken ter wereld zou leiden, waar ze eer, roem en rijkdom zouden krijgen. Het leger trok naar Italië. Lodewijk nam ook deel aan de Franse bezetting van Italië (1796-1797) en ok later in Egypte (1798-99) vocht Lodewijk mee. Hierop werd hij bevorderd tot kolonel. Bij Napoleons keizerskroning in 1804 werd hij brigadegeneraal, Maarschalk van Frankrijk en keizerlijk prins. |
Napoleon besloot in 1806 een eind te maken aan de Bataafse Republiek omdat hij in het strategisch gelegen Nederland een sterk gezag wou. Door een familielid tot vorst te benoemen kon Napoleon invloed uitoefenen en hij gaf de positie en titel van Koning van Holland aan zijn jongere broer Lodewijk. Lodewijk Napoleon had hier eerst geen zin in. Hij had een slechte gezondheid, reuma dwong Lodewijk regelmatig kuuroorden te bezoeken en hij was hierdoor heel niet van plan naar Nederland af te reizen. Het feit dat zijn broer hem als een ondergeschikte behandelde en hem geen inspraak gaf, zat hem niet lekker. Napoleon was echter onverbiddelijk en uiteindelijk gaf Lodewijk toe. Later werd hij wel Lodewijk de Goede genoemd maar eerst was zijn bijnaam de Lamme Koning. Zijn broer Keizer Napoleon werd in Zwolle door het volk toegeroepen met “Kiek de Lamme z’n Breur” wat klonk als “Vive l’Empereur” |
Lodewijk wel van plan om een echte Nederlandse koning te worden. Zo wordt er verteld dat hij bij het passeren van de grens met de Nederlanden, de Franse vlag die hij droeg, omdraaide en er de Nederlandse vlag van maakte. Bij zijn aankomst in Nederland was Lodewijk niet bepaald populair. Na eeuwen werd de Republiek plots voor een monarchie ingeruild en dat na alle strijd van de patriotten tegen de stadhouderlijke monarchie. Een vorst op de Nederlandse troon was in de ogen van de Hollandse patriotten in strijd met alles waar de ze tegen gevochten hadden. Toch was er niet veel verzet. Bij Lodewijks intocht in Den Haag waren maar weinig toeschouwers. Op een paar pamfletten na, met kritiek op de koning van Mietje Hulshoff, die daarvoor werd opgesloten, bleven protesten uit. Het gewone volk leek af te wachten wat de nieuwe machthebber hen zou brengen. Koning Lodewijk probeerde al snel het volk voor zich te winnen. In zijn welkomsttoespraken probeerde hij de Hollanders gerust te stellen. Hij mocht dan in Frankrijk zijn geboren, hij beloofde de Hollandse belangen in het oog te houden. Lodewijk Napoleon hield ook als koning van Holland zijn Franse functies. Hij was o.a. hoogste militaire gezagsdrager van het Keizerrijk en Kolonel-generaal van de karabiniers, senator, staatsraad en divisie-generaal. Aan deze functies zaten ook ruime inkomsten vast en de keizer herinnerde zijn broer er in brieven aan dat Lodewijk eerst een connétable van het keizerrijk was en daarna pas een koning. Lodewijk zag dat duidelijk anders. Lodewijk was een groot liefhebber van cultuur en wetenschappen. Hij liet verschillende instituten oprichten die nog steeds in aangepaste vorm bestaan:
|
Koning Lodewijk Napoleon nam zijn taak zo serieus, dat hij Nederlandse taalles nam bij de hoogleraar David Jacob van Lennep en bij de schrijver en hofdichter Willem Bilderdijk. Dat ging hem echter niet gemakkelijk af. Zo zou hij tijdens een toespraak in Amsterdam hebben beweerd ‘konijn van Olland’ te zijn, in plaats van koning van Holland, maar of het verhaal waar is… Ook Deventer, dat hij op 4 mei 1809 bezocht, beweert dat de koning daar zichzelf konijn genoemd zou hebben. Lodewijk had het Nederlands tot officiële taal in het bestuur gemaakt en hoewel dit besluit vooral bedoeld was om Franse spionnen dwars te zitten, het leverde bij de bevolking de nodige sympathie op. |
Een voorbeeld van hoe goed Lodewijk het Nederlands beheerste, is een briefje dat hij in 1807 vanuit de Pyreneeën verstuurde naar minister Willem Frederik Röell. Toen koning Lodewijk dit schreef had nog niet zo lang Nederlandse les. Goed dag mij waard Röell, van doe gij nog in Tarascon, in deze slect en droefig dorp? Waarom zijt gij niet hier bij mij? Zonder Hollands gesel ik con niet al den dagen less nemen, trek dan geshuin en omkeeren in venig van tijd. Gelukig man! Gij ga moë wrouen zien en die vie is moiste en aimableste. Nu gij zal meer galant vorden, maar niet meer bevrindt van uw wriende. Waar wal mij waart tot verder zien in Paris. Pamiers deze wier augustus 1807, Lodewijk. Antwoorde mij in talen hollandsch in Toulouse. Mijn heer Flament heeft gehad mijn book, en screve aan u nog voor een goed less nemen. |
Koning Lodewijk ging regelmatig op tournee. Op zijn rondreizen deed hij ook plaatsen aan, waar stadhouder Willem V zelden of nooit was geweest. De tournee was bedoeld om de populariteit van de koning te vergroten, maar Lodewijk werd ook echt gegrepen door de problemen die hij tegenkwam en probeerde ook echt de bevolking te helpen. In Brabant heerste de zweetziekte, maar ondanks zijn eigen slechte gezondheid en alle gevaren van dien, bezocht de koning de slachtoffers. Hij meteen de geneesmiddelen komen en liet een arts uit Boxmeer halen en gaf ook geld voor de eerste noden. De epidemie was snel bedwongen. Door dit soort acties, ook tijdens de zware overstromingen die Brabant teisterden, werd de koning steeds populairder bij het volk. |
Lodewijks wilde een gevoel van nationale eenheid scheppen. De koning verstevigde de greep van de centrale overheid op het lokale bestuur. In de ogen van Lodewijk moest ht Nederland een echte eenheid worden. Steden en gewesten voerden tot dan veel een eigen beleid en trokken zich weinig aan van besluiten die in Den Haag werden genomen. Lodewijk verdeelde het land in tien departementen en stelde aan het hoofd van elk een landdrost die op lokaal niveau het regeringsbeleid in het oog hield. Burgemeesters in de grote steden werden vanaf nu benoemd door de koning. |
Ook pakte Lodewijk de codificatie aan, die moest een einde moest maken aan de grote diversiteit in wetgeving en rechtspraak in Nederland. Het oorspronkelijke ontwerp voor een eerste Nederlands wetboek ‘strafrecht’ werd voltooid en in 1809 als Crimineel Wetboek voor het Koninkrijk Holland vastgesteld. Hierin werd onder meer eigenrichting als delict strafbaar gesteld.De koning kreeg van zijn broer, de opdracht om in Nederland de Franse Code civil, het burgerlijk wetboek, in te voeren. Maar dat deed hij niet. Er kwam in 1809 een Wetboek Napoleon, ingericht voor het Koninkrijk Holland, dat geïnspireerd door het Franse voorbeeld, maar veel typisch Nederlandse wetgeving kende. Zo liet hij Napoleon zien dat hij niet klakkeloos bevelen opvolgde maar zijn eigen beslissingen maakte. Lodewijk heeft zich met de wetgeving persoonlijk bemoeid en bewees in beraadslagingen een verlicht, maar absoluut vorst te willen zijn. Hij was een tegenstander van straffen als foltering en dwangarbeid en hij hechtte aan zijn koninklijk voorrecht van gratie, maar hij vond ook dat hij de rechters moest kunnen afzetten als ze hem niet bevielen. |
Een ander belangrijk onderwerp was de teruggave van katholieke kerken die in 1648 aan de protestanten waren gegeven en volgens de nieuwe grondwet van 1798 teruggegeven moesten worden aan de katholieken. Lodewijk verklaarde in 1808 alle religies wettelijk gelijk, nam doelbewust joden op in zijn ambtenarenapparaat en maakte zich kwaad om de achterstelling van katholieken, die nog altijd diensten moesten houden in schuilkerken. Op last van de vorst gaven de protestanten enkele godshuizen terug aan de katholieken, zoals de Sint-Janskathedraal in ‘s-Hertogenbosch. In 1809 maakte Lodewijk een drie weken durende reis door Noord-Brabant, waarbij hij drie Brabantse steden stadsrechten verleenden: Tilburg, Oosterhout en Roosendaal. Een soortgelijke reis maakte hij in 1809 door Overijssel, die via Ootmarsum eindigde in het Drentse Assen. In Ootmarsum maakte hij een beslissing omtrent het terug geven van het godshuis en in Assen verleende hij stadsrechten. Een reconstructie in documentairevorm van deze laatste reis is te zien via de site van RTV oost.
Lodewijk was zo slim om de lokale machthebbers aan te houden, als ze maar beloofden zijn beleid uit te voeren. Ook hoopten bestuurders dat een sterk centraal gezag de eens machtige Republiek weer sterker kon maken. Lodewijk was tenminste een man die knopen doorhakte. Tevens beseften ze dat Lodewijk van de troon zou worden gestoten als zijn hervormingen faalden: ontevreden over zijn broer zou keizer Napoleon het land meteen inlijven, zodat ook Nederland aan de dienstplicht moest geloven. Liever de koning dan de keizer, was de conclusie. Door oprecht met het volk mee te leven en de bevolking van het land te willen helpen en stimuleren en de kwaliteit van hun bestaan echt te verbeteren groeide de populariteit van de koning gestaag. Bleef men hem eerst zien als de opgedrongen koning die toch een Fransman bleef, dit zou echter snel veranderen… |
Op een koude wintermiddag in januari 1807 ontplofte een schip volgeladen met buskruit in het centrum van Leiden, de Leidse kruitramp. De klap was tot in Den Haag te horen. Van het kruitschip werd alleen het anker teruggevonden, in een weide buiten de stad. Lodewijk vertrok nog dezelfde dag naar de plaats des onheils, waar hij door de ravage diep getroffen was. Honderden huizen waren weggevaagd, een hele schoolklas was onder het puin bedolven en tussen de ruïnes trof hij de verdwaasde slachtoffers aan. De vorst zette meteen de koninklijke garde aan het werk om puin te ruimen, coördineerde de reddingswerkzaamheden, en gaf bakkers in Delft opdracht brood te bakken voor de slachtoffers. Hij liet zijn hofchirurg komen en liet Paleis Huis ten Bosch als hospitaal inrichten. Pas de volgende dag keerde hij terug naar Den Haag. Hij verbood het vervoer van buskruit door dichtbevolkte plaatsen, richtte een rampenfonds op van hij 30.000 gulden de stad Leiden werd de komende tien jaren vrij gesteld van belasting. |
Het volk sloot de vorst meteen in de armen. Men noemde de koning Lodewijk de Goede rond, de Vader der Ongelukkigen, hofdichter Willem Bilderdijk schreef lyrische gedichten en vele etsen, gravures en schilderijen werden gemaakt die de compassie van de koning verheerlijkten. Lodewijk kweekte flink wat goodwill voor de monarchie. Tijdens de overstromingen in 1809 werden hele dorpen verzwolgen toen de rivieren buiten hun oevers traden, de Betuwe veranderde in een binnenzee. Zonder een spoor van angst hielp Lodewijk eigenhandig mee de dijken met zandzakken te versterken. Hij coördineerde de hulpacties en bezocht dorpen in het gebied. Opnieuw gaf Lodewijk kunstenaars opdracht zijn goede daden af te beelden. Op de meest beroemde gravure spreekt de vorst op een smalle dijk enkele ontredderde dorpsbewoners moed in (zie foto). Deze zelf propaganda en zijn doortastende optreden hadden succes, wat tijdens een reis door Noord-Holland in Edam wel duidelijk werd. Toen hij opmerkte te hopen dat de Hollanders eens zouden vergeten dat hij niet in hun land geboren was, zei een oude man: “Dat hebben we sinds Leiden al vergeten.” |
Toch was er ook wel kritiek op Lodewijk. Zijn hang naar luxe en monarchale uitstraling vielen slecht bij de Hollanders. Al die kostbare verhuizingen van Lodewijk en opknapbeurten die hij zijn diverse paleizen gaf kostten het arme Holland kapitalen. Omdat hij het zeeklimaat in Den Haag slecht voor zijn gezondheid vond, besloot hij in 1807 naar Utrecht te verhuizen, waar hij veel geld spendeerde aan het bewoonbaar maken van panden aan en bij de Drift, die tot koninklijk paleis werden omgevormd. Als echte Nederlandse koning decoreerde hij zijn paleizen met gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis. Lang woonde Lodewijk er niet, want een paar maanden later verhuisde hij naar het Amsterdamse Paleis op de Dam, waar hij het Waaggebouw liet afbreken omdat het zijn uitzicht bedierf. Tot 1808 werd het als stadhuis gebruikt. Koning Lodewijk Napoleon richtte het in als woonpaleis. In Amsterdam kon hij niet wennen daarom bracht hij bij veel tijd door op zijn buitenplaats in Haarlem (nu Paviljoen Welgelegen), Soestdijk of Amelisweerd. |
Zijn paleizen werden met de verbouwd en ingericht in de Empirestijl. De dure stoffen, papierbehangsels, mahoniehouten meubelen, spiegels, bronzen en kroonluchters maakten veel indruk op tijdgenoten. Paleis Het Loo was het favoriete buitenverblijf van Lodewijk Napoleon. Na de staatszaken vond hij hier afleiding in wandelingen, jachtpartijen en het spelen van biljard. In de tot theater omgebouwde oranjerie werden opera’s en komedies gespeeld. Lodewijk Napoleon liet de Hollandse hovelingen kennismaken met typisch Franse zaken zoals het ‘bidet’. Dat van koningin Hortense is op Het Loo bewaard gebleven. Meer buitenissige aankopen van de koning waren een compleet circus en een eigen menagerie zoals stadhouder Willem V die had en de hortus botanicus liet hij uitbreiden. De collectie dieren werd een jaar lang in de oranjerie of in een kazerne gehuisvest en is daarna verkocht. Nederland dankt aan hem het empire-meubilair in het Paleis op de Dam en het behoud van het Loo dat hij liet restaureren. Lodewijk Napoleon was zeer impulsief wat spotprenten uit zijn tijd ook wel laten zien. Op een staat hij afgebeeld met een “ordre” in zijn rechterhand en een “contre-ordre” in de linker. Op zijn voorhoofd staat “desordre”. |
Napoleon raakte steeds ontevredener over het beleid van zijn broer. Hij verweet Lodewijk de Nederlandse belangen te laten prevaleren boven de Franse. Alhoewel hij de meeste bevelen van zijn broer uitvoerde, zoals het sluiten van de havens voor Engelse schepen in 1808, nam Lodewijk het inderdaad steeds vaker op voor de Hollandse belangen. Napoleon maakte zich om te boos over Lodewijks weigering de dienstplicht in te voeren. De keizer eiste steeds meer soldaten, maar zijn broer bleef weigeren. Op een bevolking van twee miljoen mensen was het onmogelijk een militaire bijdrage van 40.000 soldaten te leveren. Ook weigerde hij tiërcering van de staatsschuld. Als hij Napoleons wens opvolgde slechts een derde van de leningen af te lossen, zouden privé-schuldeisers in Nederland hun geld mislopen, wat de slechte economie verder zou verzwakken.Om zijn aartsvijand Groot-Brittannië tot overgave te dwingen, had Napoleon alle handel met de Britten verboden. Lodewijk was woest, omdat de blokkade de zwakke economie van de zeevarende natie de genadeslag zou toebrengen. Alhoewel onvermijdelijk was de havens op slot te doen, trad hij niet erg hard op tegen smokkelaars, die hun handel langs de kust voorzetten.
|
Lodewijk nam hierop de titel graaf van Saint-Leu aan en vestigde zich te Töplitz. Hij heeft nog wel geprobeerd zijn troon terug te winnen maar dit mislukte. Lodewijk keerde nog eenmaal terug in Nederland. Dat de Nederlanders hem daarbij op het balkon van zijn hotel toejuichten ontroerde hem erg, al kun je je afvragen of de menigte vóór Lodewijk of tégen het Huis van Oranje waren. De rest van zijn leven bracht Lodewijk in ballingschap door in Florence. Lodewijk, die al jaren gescheiden leefde van zijn vrouw, kon pas na haar dood in 1837 hertrouwen. In 1838 huwde hij – op 60-jarige leeftijd voor de 2e keer en wel met een meisje van net 16 jaar, de markiezin Julia Livia di Strozzi. Zij werd beschouwd als de mooiste vrouw van Italië. Lodewijk Napoleon stierf in 1846. In onze geschiedenisboeken is er veel te weinig aandacht voor deze eerste Nederlandse Koning. Hij was toch een fransman en dus een ‘overheerser’. Door de populariteit van Lodewijk Napoleon als koning, kon Willem I zijn bewind bouwen. Zonder Lodewijk Napoleon was het Nederlandse koningshuis waarschijnlijk nooit nooit zo populair geworden! |
Hortense Eugénie Cécile de Beauharnais (Parijs, 10 april 1783 — Slot ‘Arenenberg’ in Thurgau bij Konstanz, Duitsland, 5 oktober 1837) was koningin van Holland en de moeder van keizer Napoleon III. Ze was de dochter van Alexandre de Beauharnais en Joséphine Tascher de la Pagerie, die na de executie van haar echtgenoot hertrouwde met Napoleon Bonaparte. |
Alexandre François Marie burggraaf de Beauharnais (Martinique, 28 mei 1760 – Parijs, 23 juli 1794) Alexandre was een Frans generaal en de eerste echtgenoot van de latere keizerin Joséphine de Beauharnais. Hij maakte in het leger van Lodewijk XVIRose, zoals Joséphine vanaf haar huwelijk genoemd werd, weinig ontwikkeld. Ook was hij haar gereld ontrouw. Bij het uitbreken van de Franse Revolutie was hij een van de adellijke leden van de Nationale Vergadering die zich aan de kant van de Derde stand schaarden en ten tijde van de vlucht van de koning (juni 1791) was hij zelfs voorzitter van de Nationale Vergadering. Hij werd in 1792 generaal maar weigerde in juni 1793 de functie van minister van Oorlog te accepteren. In datzelfde jaar had hij het commando over het Rijnleger. Deze functie moest hij echter neerleggen toen alle edelen uit hun militaire functies werden ontheven. Burggraaf de Beauharnais werd tijdens de Terreur (1794) opgepakt en voor een tribunaal te Parijs gebracht. Zoals zo vele edelen was hun adelijke afkomst de echte reden dat ze werden opgepakt. Alexandre werd ervan beschuldigd medeverantwoordelijk te wezen voor de overgave van Mainz (23 juli 1793) en werd samen met Rijngraaf van Salm op de Place de la Révolution (nu Place de la Concorde) onder de guillotine ter dood gebracht. De dag ervoor had hij Joséphine per brief de zorg voor zijn twee kinderen Hortense en Eugène toevertrouwd. Zijn minnares Amalie Zephyrine van Salm-Kyrburg zorgde voor een begrafenis. Tijdens de Franse Revolutie brachten de weduwen van geëxecuteerde echtgenoten, een soort “modetrend” teweeg. Zij deden rond hun hals een fijn rood lint aan, ten teken dat hun man onder de valbijl was gestorven. Zo deed Joséphine haar rode lint aan, toen haar man pas gestorven was. Recht afgeknipt haar werd “à la guillotine” genoemd. |
Joséphine de Beauharnais, geboren als Marie-Josèph-Rose Tascher de la Pagerie (Les Trois-Îlets (Martinique), 23 juni 1763 – Rueil-Malmaison, 29 mei 1814), Joséphine werd geboren als dochter van de Franse kolonistenechtpaar Joseph Tascher de la Pagerie en Rose-Claire des Vergers de Sanois. Het echtpaar woonde op een plantage. Joséphine werd als kind “Yeyette” genoemd, een naam die haar door haar verzorgster was gegeven. Via haar tante Edmée Tascher de la Pagerie, werd een huwelijk gearrangeerd met stiefzoon Alexandre de Beauharnais. Marie-Rose voelde zich op haar verwaarloosd door de vaak afwezige Alexandre die haar bovendien ontrouw was. Alexandres vriendin Laure de Girardin liet Alexandre geloven dat hij niet de biologische vader van Hortense zou zijn. Hierop verliet Marie-Rose het huis van Alexandre. Zij bedong een scheiding van tafel en bed en alimentatie en deze werd door de rechter toegewezen. Zoon Eugène mocht tot zijn vijfde levensjaar bij haar wonen. Dochter Hortense werd haar toegewezen. Op 23 juli 1794 wordt Alexandre onthoofd door de guillotine. Marie-Rose werd in de tijd van Robespierre gevangen genomen en na zijn val weer bevrijd. Daarna werd ze de officiële maîtresse van Paul Barras. Hij hielp Robespierre ten val te brengen en leidde hij de nieuwe Franse regering. Napoleon sloeg een opstand neer voor Barras en op 15 oktober 1795 schonk Barras Napoleon als dank het opperbevel over het “leger van Italië” en tevens de hand van zijn maîtresse Marie-Rose. Napoleon was verrukt van de zes jaar oudere “Creoolse” Napoleon noemde haar Joséphine omdat hij dat romantisch vond en op 9 maart 1796 werd het huwelijk in het geheim. gesloten door kardinaal Fesch. (Oom van Napoleon). Op 2 december 1804 werd Joséphine door Napoleon gekroond tot keizerin. Joséphine was zelf tegen Napoleons troonsbestijging want ze dacht dat Napoleon dan een erfgenaam wenste. Napoleon en Joséphine hadden echter geen kinderen. Op 15 december 1809 scheiden Napoleon en Joséphine. Joséphine mocht de titel van keizerin blijven voeren. Ze stierf op 29 mei 1814 ten gevolge van een longontsteking in het Malmaison, dat nu een museum is. |
Hortense had een ongelukkige jeugd. Haar ouders hadden een slecht huwelijk en leefden grotendeels gescheiden. Haar vader overleefde de Franse Revolutie niet, zijn hoofd viel onder de guillotine. Voor zijn weduwe en twee kinderen, Hortense was 11, haar broer Eugène 13, braken moeilijke tijden aan. Dit veranderde toen haar moeder Joséphine een relatie kreeg met de veelbelovende generaal Napoleon Bonaparte, met wie zij in 1796 in het huwelijk trad. Hortense verbleef op dat moment in het meisjespensionaat van Mme Campan te Saint-Germain-en-Laye bij Parijs. Ze leerde diverse instrumenten bespelen en trad daar op in kleine opera’s en balletten. De vijf jaren die zij hier doorbracht (1795 – 1800) zou zij later de gelukkigste jaren van haar leven noemen. |
Nadat Napoleon in 1799 in Frankrijk aan de macht was gekomen, veranderde Hortenses leven ingrijpend. Als stiefdochter van de Eerste Consul van de Republiek behoorde zij nu tot de belangrijkste familie van het land. Met Napoleon had Hortense een bijzonder goede band. Hij stond haar bij met raad en overlaadde haar met attenties. De rest van de Bonaparte familie (ook Lodewijk Napoleon die later met Hortense zou trouwen) had een grote hekel aan Joséphine – de ‘indringster’ – en haar kinderen. Het Huwelijk van de keizer bleef kinderloos en omdat Joséphine bang was dat het ontbreken van een erfgenaam tot een echtscheiding zou leiden bedacht het volgende: Hortense zou trouwen met Louis Bonaparte, zodat Napoleon een zoon uit dit huwelijk als troonopvolger kon aanwijzen. Bovendien zou het de vijandschap tussen de Bonapartes en de Beauharnais kunnen verminderen. Hortense en Louis stribbelden wat tegen maar de achttienjarige bruid en haar vijf jaar oudere bruidegom gaven elkaar in 1802 toch het jaarwoord. |
Hortense merkte al snel dat Louis Bonaparte een moeilijk man was om mee samen te leven. Psychische problemen en lichamelijke gebreken hadden hem gemaakt tot een in zichzelf gekeerde, vroegoude man met sterke stemmingswisselingen. Hortense was levenslustig, s een vrouw die in gezelschap de aandacht trok, door haar elegantie en charme. Zij hield van het Parijse hof- en uitgaansleven, waarin ze een van de stralende middelpunten was. Toen Napoleon in 1804 keizer werd, mochten Hortense en Louis zich prins en prinses noemen. In 1806 kiest Napoleon zijn broer tot koning van Holland en werd Hortense koningin. Hortense was hierover diep ontsteld: ‘Men heeft mij bestemd voor Holland, een koninkrijk gehuld in mist, zonder zon en zonder enige poëzie, een koninkrijk van zwaarwichtige en zwaarlijvige burgemeesters’. Hortense hoopte ‘koningin van Holland in Parijs’ te kunnen zijn. Zij smeekte Napoleon in Frankrijk te mogen blijven maar hij wilde hier niets van horen. |
Op 18 juni 1806 kwamen koningin Hortense en koning Lodewijk Napoleon – zoals Louis voortaan officieel heette – met hun twee jonge zoontjes aan in Den Haag. Haar vooroordelen had zij onderweg al deels laten varen. Het groene, waterrijke land en het warme onthaal van het volk hadden haar getroffen. Tot haar hofdames had zij wat vriendinnen uit haar kostschooltijd benoemd, met wie ze zich graag vermaakte. De koningin musiceerde en aquarelleerde en maakte uitstapjes in de omgeving. Het verblijf in Den Haag was van korte duur. Al snel vertrok het paar om geneeskrachtige baden in Duitsland te bezoeken. Daar gingen zij ieder hun eigen weg. |
Napoleon wilde dat Lodewijk deel nam aan de oorlog met Pruisen en om Hortense mee te nemen, opdat zij in Mainz Joséphine gezelschap kon houden. Ver weg van haar echtgenoot genoot zij met haar moeder en hofdames van haar herwonnen vrijheid, terwijl Lodewijk die weer in Den haag was, steeds nadrukkelijker op haar terugkeer aandrong. Pas in januari 1807 kwam ze met tegenzin terug. In Den Haag verslechterde het huwelijk snel. Steeds vaker hadden ze felle woordenwisselingen en uiteindelijk leefden zij in hetzelfde paleis zoveel mogelijk gescheiden. Enkele onhandige pogingen van de koning om toenadering te zoeken liepen op niets uit. Hortense zag alleen Lodewijks ziekelijke achterdocht en jaloezie. In haar Mémoires noemde zij zichzelf ‘een gevangene in dat paleis’ |
Aanvankelijk deed Hortense haar best als koningin. Zij woonde plechtigheden en festiviteiten bij, bezocht de lokale middenstand en kocht in Den Haag en Amsterdam voor grote bedragen kostbare stoffen en sieraden. Haar populariteit dat hiervan het gevolg was, wekte de afgunst van de koning. Toen hij haar op de achtergrond probeerde te dringen, verzette zij zich niet. Hortense en haar getrouwen zonderden zich steeds meer af in haar deel van het paleis. Het enige wat het paar verbond, waren hun twee kinderen. In de nacht van 4 op 5 mei 1807 stierf hun oudste, vierenhalf jarige zoontje Napoléon-Charles als gevolg van kroep, hij stikte langzaam in zijn bed. De koningin was ontroostbaar. Het leek beter Hortense met haar jongste kind, Napoléon-Louis, naar haar moeder in Parijs te sturen. Dat zij daarmee ook haar echtgenoot moest verlaten zal zij niet erg hebben gevonden. |
In augustus 1807 zagen Hortense en haar echtgenoot – ook zwaar was aangeslagen door de dood van zijn zoontje – elkaar weer in een kuuroord in de Pyreneeën. Daar leek het tot een toenadering te komen, Hortense werd zelfs opnieuw zwanger. Maar terug in Parijs waren er weer irritaties en meningsverschillen en Hortense weigerde met Lodewijk terug te gaan naar Holland. Joséphine haalde napoleon over om Hortense in Parijs te laten bevallen. Noch bij de geboorte van hun derde zoon Louis-Napoléon – de latere keizer Napoleon III – op 20 april 1808 noch bij de doopplechtigheid Lodewijk aanwezig te zijn. Hortense had haar doel bereikt: zij was koningin van Holland in Parijs. Met haar titel nam zij een belangrijke plek in aan het hof, en zij genoot van wat Parijs aan kunst en vermaak te bieden had. De koningin zou drie jaar in Frankrijk blijven. Lodewijk drong niet meer aan op haar terugkeer, hij beschouwde het huwelijk als definitief voorbij. Verzoeken van beiden om een echtscheiding werden door de keizer afgewezen |
In 1810 trouwde de inmiddels gescheiden Napoleon met de Oostenrijkse aartshertogin Marie-Louise van Habsburg. Hij vond het beter dat de dochter van zijn ex-echtgenote niet langer zo prominent aan het hof verbleef en dwong haar zich bij Lodewijk te voegen. Hortense keerde op 14 april 1810 terug naar het Koninklijk Paleis in Amsterdam. Hier zou ze alleen naar de buitenwereld als koninklijk paar optreden, binnenskamers werd hun samenzijn tot het minimum beperkt. Eenzaam en ongelukkig woonde Hortense in Amsterdam tot haar doktoren ‘verandering van lucht’ voorschreven. Zo mocht in Frankrijk gaan kuren. ‘Naarmate ik dichter bij de Franse grens kwam, voelde ik mij herboren worden’, zou zij later in haar Mémoires schrijven. Een maand later hoorde Hortense dat haar echtgenoot onverwachts troonsafstand had gedaan en zijn koninkrijk had verlaten. |
Van 1 juli tot 13 juli 1810 was zij regentes voor haar zoon Napoleon Lodewijk die door zijn vader tot koning van Holland benoemd was. Napoleon verlangde niet dat Hortense zich bij haar in echtgenoot zou voegen, zij mocht in Parijs haar oude leventje oppakken. De titel ‘Reine de Hollande’ was ze kwijt maar ze mocht zich wel ‘La Reine Hortense’ laten noemen. Nu gaf ze eindelijk toe haar gevoelens voor de stafofficier Auguste graaf de Flahaut, op wie ze al jaren verliefd was. Op 21 oktober 1811 werd uit deze relatie in het geheim een zoon, Charles, geboren. Na de verbanning van Napoleon in 1814 kon Hortense onder bescherming van tsaar Alexander I in Parijs blijven maar, ondanks de scheiding van haar moeder en Napoleon steunde zij hem na zijn terugkeer van Elba in 1815. Na Waterloo in 1815 was Hortense gedwongen Frankrijk te verlaten. Ze ging met haar zonen 1817 wonen in Zwitserland, in de villa ‘Arenenberg’ bij het Meer van Konstanz ( Bodensee), dat een centrum van cultuur werd. Franz Liszt trad er op, Lord Byron en Alexandre Dumas schreven er en Ary Scheffer maakte aquarellen van de koningin en haar vrienden. |
Hortense kreeg samen met Lodewijk dus drie kinderen:
Haar zoons waren haar oogappels en zij was dan ook vol zorg over hun deelname in 1831 aan de opstand van de Italianen tegen Oostenrijks, waarbij Napoléon-Louis om het leven kwam. Hortense stierf 54 jaar oud in ‘Arenenberg’ aan baarmoederhalskanker. Ze maakte het niet mee dat haar jongste zoon in 1848 president van de Tweede Franse Republiek werd en in 1851 na een staatsgreep waarbij zijn halfbroer, de hertog van Morny, hem hielp, keizer Napoleon III werd. |
Van de de latere keizer Napoleon III wordt beweerd hij de biologische zoon is van Carel Hendrik Verhuell. Met haar minnaar Charles Joseph de Flahaut kreeg ze nog een zoon, Charles Auguste Louis Joseph, die door zijn halfbroer Napoleon III tot hertog van Morny werd gemaakt. Hiernaar verwijst dit rijmpje dat in de eerste jaren van de 19e eeuw gezongen werd: Le Roi de Hollande fait de la contrebande. Et sa femme, ils m’ont dit fait les faux Louis! De Koning van Holland is een smokkelaar. En zijn vrouw, zo zei men mij, doet in valse Lodewijken (“Faux Louis” zijn ook valse munten) |
Hortense is ook als componiste bekend. Ze componeerde op haar pianoforte ongeveer 140 ‘Romances’, voor sopraan en piano of harp. Van al haar composities was Partant pour la Syrie het bekendste: de Bonapartisten beschouwden het als hun lijflied. Toen Hortenses zoon na haar dood tot keizer Napoleon III werd verheven, maakte hij deze romance tot Hymne Impériale. In haar Memoires verteld de koningin over het componeren van dit stuk. Schubert maakte in 1822 vierhandige variaties voor pianoforte op haar romances, opgedragen aan Beethoven. In haar jeugd op Martinique leerde Hortense dansen en zingen van de negerslaven op de plantage van haar grootmoeder. Ze had veel gevoel voor ritme en amuseerde de passagiers op het zeilschip dat haar naar Frankrijk bracht met dansvoorstellingen op het dek. Later zouden kranten schrijven over haar hofballet waarin ze gekleed als Inca priesteres bezaaid met diamanten, een quadrille aanvoerde. De kunstzinnige koningin kon ook goed tekenen; zij portretteerde Charles de la Bédoyère en ontwierp de versierselen van de Orde van de Unie. Ze liet haar omvangrijke Mémoires na en een groot aantal tekeningen, gravures, schilderijen en aquarellen. Verschillende muziekstukken zijn hieronder via verschillende links te beluisteren. |
Meer weten? |
Links
|
[:en]
We’re sorry, this page is not available in English yet. |
[:]
Permalink
veel informatie. dat is fijn.
Permalink
ik vind dit een fijne website want het heeft veel informatie en dat is fijn.